Al aan het flippen? 3 succesfactoren voor flipping the classroom bij non-formele educatie

De klas flippen, steeds meer leraren doen het. En met succes. Want bij flipping the classroom maak je een video-instructie die leerlingen buiten de les in hun eigen tempo kunnen bekijken. Zo ontstaat er in de les meer ruimte om leerlingen op hun eigen niveau te helpen bij het oefenen en verwerken, en dus bij het verdiepen en verrijken van de lesstof. Flipping the classroom maakt gedifferentieerd leren nog makkelijker én veel leuker. Daarmee is het niet alleen interessant om in te zetten in het reguliere onderwijs, maar ook bij non-formele educatieprogramma’s van kennis- en cultuurorganisaties. Ik flipte de klas bij de tentoonstelling Waanzien van MOTI, hét museum voor beeldcultuur in Breda en deel graag drie succesfactoren die ik daarbij gebruikte.


'ADVANCE ORGANIZER' ALS STRATEGISCH MIDDEL VOOR LEERLINGEN
Een goed non-formeel educatieprogramma bestaat uit drie elementen:

A) een voorbereidende les in de klas om de voorkennis van leerlingen over een specifiek onderwerp te activeren.
B) een bezoek aan de organisatie om het onderwerp verder uit te diepen door middel van de collectie.
C) een verwerkingsles in de klas om het geleerde bij A en B toe te passen en te laten beklijven. 

Kennis- en cultuurorganisaties gebruiken in hun voorbereidende les meestal een zogenaamde ‘advance organizer’. Dit is een middel om de voorkennis van leerlingen te activeren zodat zij nieuwe informatie beter kunnen begrijpen. Een veel gebruikte advance organizer is een PowerPoint-presentatie. Leerkrachten kunnen deze zelf downloaden vanaf de website en inzetten in de les. In de praktijk gebeurt dit echter zelden. Daarvoor bestaan verschillende redenen. Een daarvan is dat de onderwerpen soms te ingewikkeld zijn om zelf uit te leggen aan de klas. Bij MOTI bijvoorbeeld, bleek ‘beeldcultuur’ een uitdaging.

Een andere belangrijke drempel om een advance organizer te gebruiken is de voorbereiding die deze met zich meebrengt. Volgens Piet Hagenaars (oud-Directeur Cultuurnetwerk Nederland) is het “niet altijd makkelijk voor leraren om daarvoor tijd vrij te maken, maar het bepaalt wel vaak het succes van de activiteit! Educatief medewerkers van musea ervaren een groot verschil tussen leerlingen die wel of niet zijn voorbereid op een museumbezoek. Er wordt een brug geslagen tussen voorkennis en verwachtingen van de bezoeker en de collectie. Bezoekers die zijn voorbereid, blijken na afloop meer tevreden en meer te hebben geleerd. Juist bij kinderen is die voorbereiding heel belangrijk. Wanneer leerlingen (en soms ook de leraren) volledig overvallen worden door een activiteit of bezoek, kost het behoorlijk wat tijd en energie voordat zij zich kunnen openstellen voor wat de bedoeling is.”

DRIE SUCCESFACTOREN BIJ HET FLIPPEN
Voor MOTI vertaalde ik de tentoonstelling Waanzien en de bijbehorende PowerPoint-presentatie naar een filmscript en een educatieve video voor groep 7 en 8 van het Bredase basisonderwijs. Daarbij nam ik drie factoren mee die het flippen van een non-formeel educatieprogramma de meeste kans van slagen bieden;

1) Stem je video af op je doelgroep
Het klinkt logisch, maar een beeld zegt echt meer dan duizend woorden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat videoleren voor een hoog leerrendement kan zorgen. De inhoud komt tot leven, juist ook voor leerlingen die moeite hebben met de gangbare manier van lesgeven waarbij veel geschreven taal wordt gebruikt. Volgens onderzoek van Nickelodeon onder kinderen (7 tot 13 jaar) blijkt bovendien dat je ze kan helpen dat leerrendement te verhogen als educatieve video’s een hoog ‘heart, fart, smart’-gehalte hebben: naast dat je natuurlijk iets moet opsteken van een educatieve video, moet deze authentiek en grappig zijn. Dit waren dan ook mijn basisingrediënten bij het schrijven van het filmscript voor MOTI.

2) Maak je video interactief
Met bewegend beeld kun je gemakkelijk een boodschap overbrengen die beklijft. Beeldend communiceren met video is bijzonder effectief. Het is niet tijd- of plaatsgebonden; je kunt een video net zo vaak afspelen als je zelf wilt en steeds weer nieuwe dingen ontdekken en leren. De kracht van herhaling geldt zeker voor leren: een boodschap moet gemiddeld drie keer worden herhaald om aan te komen en te beklijven. Door een educatieve video interactief te maken betrek je de lerende veel meer bij het onderwerp en maak je de video aantrekkelijk om nog een keer te bekijken. 

“Tell me and I will forget, teach me and I may remember, involve me and I will learn” is ook absoluut van toepassing op videoleren. In de video voor MOTI heb ik daarom verschillende teasers verwerkt zoals motiverende kijk- en doe-opdrachten.

Martje Elings, leerkracht van groep 7 op de Willibrordschool in Vleuten, zocht online naar informatie over mediawijsheid. Ze vond de video en het bijbehorende lesmateriaal van MOTI. “Ik vond het zo’n leuke film en de kinderen in de klas waren ook meteen enthousiast. Ik had zelf nooit zo kunnen overbrengen wat beeldcultuur precies is. Toen ik het weekend daarna weer op school kwam, kreeg ik heel veel leuke reacties van ouders die de film inmiddels ook hadden gezien. Een paar waren zelfs meteen met hun kinderen naar MOTI toe geweest!”

3) Zorg dat mensen je video willen delen
Een aantrekkelijke video nodigt niet alleen uit om nog een keer te bekijken, mensen willen hun ervaringen ook graag met anderen delen. Online, thuis en in de klas. Zo vergroot je het bereik onder je doelgroep. MOTI merkte dat ze niet alleen meer leerkrachten en leerlingen in de regio bereikten, maar óók vriendjes, broertjes, zusjes, ouders, opa’s, oma’s én scholen daarbuiten. 

HAAL MEER UIT JE EDUCATIEPROGRAMMA
Als je je advance organizer en de content goed afstemt op je doelgroep, kun je met flipping the classroom veel meer uit je educatieprogramma halen dan je al deed. Cindy Beck, Coördinator Educatie bij MOTI, kan dat beamen. “Sinds wij onze PowerPoint-presentatie vorig jaar hebben vervangen door een educatieve video, komt ongeveer 95% van de scholen die mee doen in ons cultuurprogramma goed voorbereid naar de tentoonstelling Waanzien. Ze zijn allemaal even enthousiast en leerlingen weten ook echt wat beeldcultuur inhoudt als ze bij ons binnenlopen. Waar we voorheen tijdens de introductie 10 á 15 minuten aan elke klas moesten uitleggen wat beeldcultuur precies is, kunnen we nu meteen de verdieping opzoeken!”

De tentoonstelling Waanzien is nog te bezoeken t/m 31 december 2016 bij MOTI, Museum of the Image in Breda.

Dit artikel is ook gepubliceerd op Mediawijzer.net


Europa’s mooiste Centrale Bibliotheek ligt in Utrecht



In de hal van wat ooit het Hoofdpostkantoor van Utrecht was, staat een enorme vleugel. Bezoekers mogen hier vandaag hun talenten ten gehore brengen. Twee meisjes van een jaar of tien spelen het intro van de Harry Potterfilms. En dat is bijzonder toepasselijk voor deze opening van wat één van Europa’s mooiste Centrale Bibliotheken moet gaan worden. In 2018 zal Bibliotheek Utrecht hier als een feniks uit haar as herrijzen.

Namens Webbieb krijg ik een rondleiding door dit rijksmonument, vooral beroemd vanwege de paraboolvormige bogen in de centrale hal. Opgeleverd in 1924 door architect Joseph Crouwel voor de PTT; Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie. In een tijd dat telefoneren via een telefooncentrale een opkomende trend was. Dat kun je je nu nauwelijks voorstellen maar de PTT legde omwille van die trend vanuit dit Hoofdkantoor ellenlange dikke ondergrondse kabels aan naar verschillende plekken in Utrecht.

Verder in de tijd stond ik hier tot 2011 nog in lange wachtrijen om geld op mijn rekening te storten of andere inmiddels overbodige handelingen dankzij de digitale revolutie te doen. Het wachten was overigens nooit een straf. Verre van dat. Kan mijn mobiele telefoon mij tegenwoordig flink afleiden van mijn directe omgeving, je moet behoorlijk afwezig zijn om niet onder de indruk te zijn van dit monumentale gebouw met haar symbolische architectuur in Amsterdamse Schoolstijl. De 17 meter hoge centrale hal is een parel, een ware kathedraal in de binnenstad van Utrecht. De zes zwarte beelden van Belgisch hardsteen die er in pronken zijn juwelen op zich. Elk beeld vertegenwoordigt een continent en daarmee wat ooit de missie was van de PTT; mensen en continenten met elkaar verbinden door middel van communicatie.
Als storyteller en scriptschrijver mijmer ik graag weg bij dat idee. Hoeveel liefdevolle, spannende, geheime, gruwelijke, inspirerende en moedige verhalen moeten hier in dit gebouw hun reis zijn begonnen of hebben vervolgd? Immens veel. En zal de bibliotheek dat evenaren?


Konden al die verhalen vóór 1924 slechts via postkoetsiers en duiven hun weg gaan, met de komst van dit Postkantoor zette ook globalisering voet aan wal. De beelden in de centrale hal zijn daar een mooie metafoor voor. De maagd in het schitterende glas-in-loodraam boven de hoofdingang kijkt naar de opvliegende postduiven, alsof zij wisten dat hun tijd gekomen was.

Bibliotheek Utrecht wil de missie van de PTT vanaf de opening in 2018 voortzetten. Zoals de PTT continenten verbond, zo wil de bibliotheek mensen met elkaar verbinden. Een ontmoetingsplek zijn, vertelt directeur Ton van Vlimmeren op deze ochtend. Met een bibliotheekcafé, een kinderatelier, een auditorium, een medialab en E-lounge, een Skoolzone voor basis- en voortgezetonderwijs. Een plek voor voorstellingen, exposities, debatten, colleges, vergaderen en ontmoeten. Een centrum voor kennis en inspiratie met een ‘bruisend cultureel hart’, en een ‘must do when visiting Utrecht’ voor de toerist. Op de website van Bibliotheek Utrecht vind je een filmpje waarin de directeur meer vertelt over de bibliotheekplannen. Daar vind je trouwens ook een virtuele reis door het gebouw in huidige staat. Beide zijn aanraders, maar die laatste alleen voor mensen met  zeebenen…



Van Vlimmeren – deze dagen om verschillende redenen in het nieuws – opent na de rondleiding officieel het Open Huis samen met wethouder Jeroen Kreijkamp voor iedereen die geïnteresseerd is. In de hal sfeerimpressies en plattegronden van de toekomstige bibliotheek. Het ziet er indrukwekkend uit. En er is sympathieke muziek. Onder meer de Band Zonder Verblijfsvergunning (bestaande uit verschillende in Utrecht opgevangen vluchtelingen) verzorgt een bijzonder muzikaal optreden. Op allerlei plekken in de hal kunnen mensen hun ideeën over de toekomstige bibliotheek achterlaten via een tekening of geschreven bericht. Of zich opgeven voor één van de speciale denktanks Taal & Literatuur, Ontmoeten & Delen, Werken & Studeren, Experimenteren & Creëren of Leren & Informeren. In de zaal achter de hal staat een verdekt opgestelde Babbelbox. In de box mag je een videoboodschap achterlaten over jouw ideale bibliotheek. Het is er erg stil. Ik kijk om me heen maar ik zie niemand. Even moet ik denken aan een project dat ik in 2011 bedacht en begeleidde voor bibliotheek Zeist. Als ervaringsdeskundige met participatieprojecten maar ook als filmmaker weet ik dat mensen niet makkelijk hun verhaal doen. Zeker niet voor een camera. Daarvoor heb je enthousiastelingen nodig die hen over de streep trekken. En een vooropgezet plan. Eenrichtingsverkeer is hierbij niet voldoende. Zoals met de meeste projecten trouwens. Tweerichtingsverkeer vraagt oprechte, doelgerichte interesse, enthousiasme en passie. De prachtige symboliek van de architectuur van dit gebouw weet dat uit te dragen: voor de oplettende toeschouwer blijft dat niet bij eenrichtingsverkeer. De plannen van Bibliotheek Utrecht zien er wat dat betreft veelbelovend uit. Als zij dit ook weet uit te dragen door middel van haar activiteiten en haar medewerkers, dan vind je mij vanaf 2018 in elk geval op de Neude!

Impressie in 2018. Als je goed kijkt zie je mij zitten.

Creatief schrijven: een belangrijke vaardigheid voor de 21ste eeuw!

Voor de zomervakantie vroeg De Schoolschrijver mij of ik educatieve filmpjes en lesmateriaal wilde maken voor de bovenbouw van de basisschool over creatief schrijven. Als onderwijsspecialist met een focus op lees- en taalvaardigheid maar ook op creativiteit, weet ik als geen ander dat er op scholen veel aandacht is voor technisch lezen en schrijven maar zeer weinig voor het creatieve schrijfproces. En dat terwijl je kinderen de liefde en motivatie voor lezen en schrijven waarschijnlijk sneller én makkelijker bijbrengt door juist het creatieve proces te stimuleren en te ontwikkelen. Kinderen krijgen er zelfkennis en zelfvertrouwen door, en ze leren dat je ook kunt genieten van verhalen als je niet persé goed kunt lezen of schrijven. Creativiteit is niet voor niets ook één van de belangrijke zeven vaardigheden die vallen onder de zogenaamde '21 st century skills': de vaardigheden die je als kind nodig hebt om mee te kunnen doen in onze 21ste eeuw.

Met veel plezier heb ik afgelopen zomer samengewerkt om dit creatieve proces vorm te geven met o.a. kinderboekenschrijfster Janneke Schotveld en filmmakers Peter Sterk en Fedor van Rossem, die ik nog ken uit de tijd dat ik films maakte bij Bos Bros. Hoe bedenk je nu eigenlijk een verhaal en waar moet je allemaal op letten? En hoe breng ik mijn idee tot leven? Allemaal vragen die je tegenkomt als je zelf een verhaal wil schrijven. En dat is precies wat kinderen op veel basisscholen in Nederland nu aan het doen zijn; een verhaal afschrijven dat Janneke Schotveld heeft verzonnen speciaal voor de Schrijfwedstrijd van ABNAMRO

Tot aan 16 oktober (in de Kinderboekenweek dus) kunnen kinderen meedoen met de wedstrijd. De winnaar krijgt een figurantenrol in de film Superjuffie (naar het bekende boek van Janneke). Meer informatie zoals de lesbrieven en werkbladen voor in de les vind je op de site van ABNAMRO. En natuurlijk vind je daar de bijbehorende filmpjes die ik hier graag ook presenteer:







Online Privacy

Online Privacy is een steeds vaker terugkerend thema in de samenleving. Wat moet je er over weten als school en hoe kun je ermee aan de slag in de klas? Voor Kennisnet ontwikkelde ik zes lessen over Privacy voor de bovenbouw PO, onderbouw VMBO en onderbouw HAVO/VWO: http://teleblik.nl/news/2014/03/privacy


VANDAAG: "Rustdag van het mobieltje"

Vandaag is de tweede editie van de "Rustdag van het mobieltje". In het leven geroepen door Pim van Rossum, leraar Loopbaan en Burgerschapsvorming aan het ROC van Amsterdam omdat hij zelf een burn-out kreeg door zijn "voortdurende drang naar informatie". Infobesitas noemen ze dat ook wel. Digitale rusteloosheid. Bang zijn dat je achterloopt op de rest omdat je niet alle berichten van vrienden en niet-vrienden leest. Lastige opdracht voor jezelf lijkt me dat. Ik heb er gelukkig geen last van want ik heb een behoorlijk 'mindful digitaal bestaan'. Kernwoorden daaruit zijn "bewust", "met aandacht" en "begrensd" omgaan met media. Voor de een saai, voor de ander mediawijs.
En voor wie denkt dat het onmogelijk is om een dag zonder mobiel te leven, hier het bewijs dat het kan!